slaap - slapen 

slaap - slapen


Het is nacht, we slapen. 's Morgens stellen we vast dat ons lichaam er is, net zoals voor we sliepen. Daaruit concluderen we: tijdens mijn slaap was mijn lichaam er ook.
Klinkt logisch, en toch zit er een foutje in.

Wat weten we? Niets, want we slapen. We? Wij? Ik? (1) In alle geval niet ik, want "ik" ben mij tijdens de slaap niet bewust, althans niet het gewone dagbewustzijn. Het lichaam, ook niet mijn lichaam, slaapt. En ook dat is niet waar.